(1) EESC-advies over de coördinatie van de directebelastingstelsels (PB C 10 van 15.1.2008, blz. 113), EESC-advies over de invoering van een gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting in de EU (PB C 88 van 11.4.2006, blz. 48).
(2) Een eerlijk en doeltreffend vennootschapsbelastingstelsel in de Europese Unie: vijf belangrijke actiegebieden, COM(2015) 302 final.
(3) Gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting (CCCTB) (PB C 24 van 28.1.2012, blz. 63).
(4) De moeder-dochterrichtlijn (Richtlijn 2011/96/EU van de Raad van 30 november 2011) en de interest- en royaltyrichtlijn (Richtlijn 2003/49/EG van de Raad van 3 juni 2003).
(5) EESC-advies over het actieplan ter versterking van de strijd tegen belastingfraude en belastingontduiking (PB C 198 van 10.7.2013, blz. 34), initiatiefadvies van het EESC over een democratische en sociale EMU door de communautaire methode (PB C 13 van 15.1.2016, blz. 33).